Voor schoolleiders PO: gratis e-book 📥 Praktisch met Lef Wijzer
Praktische werkvormen voor morele reflectie, direct toepasbaar in jouw praktijk.
Tot hoever ga je wanneer je voelt dat er thuis meer aan de hand is?
Balanceren tussen zorgen, loyaliteit en machteloosheid bij leerlingen in kwetsbare thuissituaties.
9/30/20255 min read


Hoe ver reikt je zorgplicht wanneer je het sterke vermoeden hebt dat de thuissituatie van een leerling niet in orde is, maar je het niet hard kunt maken? De situatie van onze leerling Kelvin hield me maandenlang in een houdgreep. Het liet me vooral voelen hoe dun het draadje soms is waarop we balanceren.
Steeds als ik langs de klas van meester Gijs liep – meerdere keren per dag, in de gang, op het plein – hield ik dat extra oogje op Kelvin. Hoe zou het vandaag met hem gaan?
Een nieuwe start
“Gun hem een nieuwe start.” Meer kreeg mijn IB’er niet te horen van zijn vorige school. Een jongen van negen, al vier scholen gezien. Dat zette alle seinen op rood.
We plaatsten hem bewust in de klas van meester Gijs. Een leerkracht met een scherp oog voor wat een kind écht nodig heeft. Hij voelt haarfijn aan waar een kind extra steun bij kan gebruiken en past zijn aanpak daarop aan.
Na twee weken stond Gijs in de deuropening van mijn kantoor. Zijn handen diep in zijn zakken.
“Antoinette, ik loop vast. Ik denk dat ik het nu ook even niet meer weet.”
Geen drama, geen grote gebaren. Maar zijn woorden kwamen hard binnen. Als Gijs het niet weet, wie dan wel?
Het patroon dat zich herhaalt
Kelvin leek alles te doen om buiten de groep te vallen. Alsof hij zichzelf saboteerde. Gijs probeerde van alles: een vast maatje, extra beloningen, een time-out plek. Een week leek het even te lukken – Kelvin maakte een grapje, de andere kinderen lachten. Een klein lichtpuntje. Maar de volgende dag sloeg het weer om. Alsof die vooruitgang er nooit was geweest.
Eerst speelde het zich af binnen de muren van de klas. Na een maand of twee voelde ik het uit mijn handen glippen. Collega's kwamen naar me toe.
“Hoe gaat het met Kelvin?”
Hun blik zei alles: ‘het begint bij ons ook te spelen’. Tijdens de overblijf escaleerde het steeds vaker. Je voelde de spanning in het team toenemen – de onuitgesproken vraag: hoe lang houden we dit vol?
Het geregel met de instanties
We trokken vrij snel aan de bel bij het samenwerkingsverband. Onze vraag was helder: “Wat heeft deze jongen nodig? We komen er zelf niet uit.”
Het buurtteam schoof ook aan. In dat eerste overleg leek er nog beweging in te zitten. Iedereen knikte begrijpend. Maar hoe vaker we overlegden, hoe harder het gezin leek weg te glijden.
Moeder ging iedere keer weer in de verdediging:
“Hij is nu eenmaal een avontuurlijk kind.”
“We doen ons best.”
Het buurtteam: “Zonder medewerking komen we niet verder.”
Het samenwerkingsverband kon alleen adviseren over wat wij op school konden doen. En dat was precies het probleem: we wisten echt niet meer wat we nog konden doen. We liepen vast in een systeem dat wacht op medewerking, terwijl een kind intussen niet de ondersteuning krijgt die het nodig heeft.
Gesprekken met moeder
Tijdens het overleg met moeder verliep alles netjes. Altijd alleen; vader kwam niet mee naar de overleggen.
“Fijn dat jullie me zo betrekken,” zei ze eens.
Een opmerking die hoop gaf. Maar ondertussen…
Via-via hoorde ik dat het thuis niet makkelijk was. Veel geschreeuw, vader regelmatig dronken. Soms trok moeder het even niet en verdween een paar dagen, niemand wist waar. De kinderen bleven in die tijd bij vader. Maar tijdens het zorgoverleg kwam ze altijd rustig en keurig over, en legde ze ook uit hoe ze het thuis aanpakte.
En de kleine dingen. De zonnebril op bewolkte dagen. Blauwe plekken op Kelvin’s armen, volgens haar van stuntsteppen. We knikten, schreven het op. Maar het klopte niet. Het klopte gewoon niet.
We zaten klem
Hier zat het echte dilemma. Kelvin was ontzettend loyaal aan zijn ouders. Elke keer dat we voorzichtig polsten, klapte hij dicht. Hoe harder we aan de bel trokken bij het buurtteam, hoe meer het gezin zich afsloot. Het voelde alsof we aan een dun draadje trokken dat elk moment kon knappen.
Samen met de jeugdarts legden we de puzzelstukjes neer. Haar conclusie:
“Jullie vermoedens zijn begrijpelijk. Maar zonder concrete aanwijzingen of medewerking van de ouders… onze handen zijn gebonden.”
Het zwaarste moment. Weten dat er waarschijnlijk iets niet goed gaat, en toch niets kunnen doen.
De meivakantie
Na de meivakantie bleef Kelvin weg. Nummer niet meer in gebruik. Geen afscheid. Geen overdracht. Gewoon… weg. Later die dag hoorden we via-via dat het gezin was verhuisd. We wisten nog steeds niet precies waarheen.
Ik informeerde de leerplicht, zodat het officiële traject werd opgestart, en daarmee was hij formeel uit onze handen. Maar in mijn hoofd bleef hij aanwezig – hoe zou het nu met hem gaan? Weken later ontving ik een telefoontje: het gezin was vertrokken naar het buitenland, bij familie van moeder.
Dubbel gevoel
Opluchting. Echt, dat voelde ik. Voor Gijs, die weer kon lesgeven. Voor het team, dat spanning losliet. Voor de andere kinderen, die weer rust kregen. Tegelijkertijd bekroop me een wrang gevoel: misschien was Kelvin bij ons op school beter af geweest, zodat we hem in de gaten konden houden en konden ondersteunen.
Toen ik het nieuws met het team deelde, zei juf Annette:
“Eindelijk.”
Haar opmerking raakte me dubbel: enerzijds de opluchting voor het team en de andere leerlingen, anderzijds het besef dat Kelvin nu buiten ons zicht zat, terwijl hij het nog moeilijk had. Maar wat bleef, was die twijfel: hadden we meer moeten doen? Hadden we de melding moeten maken, ook al zou dat de relatie voorgoed verpesten? Soms is dit de harde realiteit van ons werk.
Wat blijft er dan over?
Dit verhaal heeft geen mooi einde. Alleen een punt waar het ophield. En de vraag: wanneer weegt het vermoeden zwaarder dan de angst om contact te verliezen?
Ik wilde het verschil maken voor Kelvin. Toch voelt het als een gemiste kans. Maar ik heb ook geleerd: erkennen dat je machteloos staat, is soms het begin van wijsheid. En weten dat je niet alleen staat, helpt echt.
Herken jij dit dilemma? Deel je verhaal
De Directeurskamer is daarvoor. Niet voor pasklare antwoorden, maar voor erkenning. Erkennen dat je soms klem zit tussen zorgplicht en loyaliteit. Dat je vermoedens hebt die je niet hard kunt maken, maar die blijven knagen.
Het is de moed om te zeggen:
“Ik weet het niet. En dat mag.”
Daarom mijn vragen aan jou:
Herken jij dat gevoel van balanceren op een dun draadje, uit angst een gezin voorgoed te verliezen?
Wanneer kies jij ervoor om wél door te zetten, ondanks de gevolgen?
Hoe ga je om met de twijfel, lang nadat een leerling weg is?
Deel het met mij. Een paar zinnen zijn genoeg. Stuur een mail naar antoinette@praktischmetlef.nl. Zo maken we ruimte voor deze dilemma’s, zonder oordeel.
Of heb je een vergelijkbare situatie die je nog steeds bezighoudt? Ik nodig je uit voor een gastblog of kan het anoniem meenemen in een volgend artikel – altijd in overleg.
Wil je liever persoonlijk sparren over een dilemma dat jou bezighoudt? Ik begeleid schoolleiders ook één-op-één. We kunnen samen kijken hoe jij regie kunt voeren, lucht kunt creëren in je team en weer plezier krijgt in je werk
Plan hier een vrijblijvend 20-minuten kennismakingsgesprek in mijn agenda.
#Schoolleiders #LeiderschapPO #MoreelKompas #Zorgplicht #EthischDilemma #DirecteurVanNu
Krijg nieuwe blogs direct in je inbox – kort, praktisch en herkenbaar
© 2025 Praktisch Met Lef
Hoe het werkt