Voor schoolleiders PO: gratis e-book 📥 Praktisch met Lef Wijzer
Praktische werkvormen voor morele reflectie, direct toepasbaar in jouw praktijk.
Tussen de regels en een kind
Leerplicht versus leerrecht. Waar eindigt onze rol als handhaver en begint die als opvoedpartner?
12/3/20257 min read


Er zijn van die ervaringen die blijven hangen. Die je eerst vertelt als een anekdote, maar die later, in de stilte, een diepere laag blijken te hebben. Het verhaal dat een vriendin met me deelde over haar buurvrouw en de leerplicht was er zo een. Het was niet alleen haar verhaal, het werd ook het mijne.
Tussen regels en menselijkheid
Een paar maanden geleden belde een goede vriendin me. Ze was net bij haar buurvrouw geweest, die een heftige ervaring met school en leerplicht had gedeeld. Mijn vriendin, wetende dat ik schoolleider ben, was benieuwd naar mijn blik. ‘Hoe zit jij hierin? Misschien heb je nog tips?’
Dat gesprek zette een gedachtegang in beweging die me nog lang bezighield. Het raakte aan een vraag die elke schoolleider kent. Hoe navigeer je tussen regels en menselijkheid? Maar laat ik eerst dat verhaal vertellen, precies zoals het bij mij binnenkwam.
Als melden voelt als verraad
De buurvrouw woont al jaren in Nederland, het land waar ook haar kinderen zijn geboren. Hun vader is teruggekeerd naar het land van herkomst. De kinderen logeren er in de zomer. Afgelopen zomer ging dat weer zo. Vlak voor de vakantie eindigde, informeerde de vader haar plotseling. De kinderen zouden pas twee weken later terugkomen.
Zij gaf direct aan dat dit niet zomaar kon, niet zonder haar toestemming. Ze wilde dat de kinderen gewoon aan het begin van het schooljaar weer thuis waren. “De start is belangrijk, ze moeten er meteen bij zijn.” Ze legde hem ook uit dat je in Nederland een kind niet zomaar thuis kunt houden.
De school begon. De kinderen waren niet terug. Met lood in haar schoenen ging ze naar school en legde de situatie uit aan de directeur. Ze vond hem begripvol voor de lastige positie waarin haar ex haar had gebracht. Toen de kinderen twee weken later eindelijk terug waren en weer naar school gingen, arriveerde er een brief van de leerplicht. Een uitnodiging voor een gesprek vanwege ongeoorloofd verzuim.
Verbijsterd belde ze de school. De directeur legde uit dat hij over de eerste twee weken na de zomervakantie geen zeggenschap had om verlof te verlenen. Dat was nooit ter sprake gekomen tijdens hun eerdere gesprek, dacht zij. Zij had aangenomen dat door de situatie te melden, de kous af was.
Drie maanden in angst
Tijdens het gesprek met de leerplichtambtenaar deed ze haar verhaal. Ze toonde de Whatsapp-berichten. Desondanks werd er een proces-verbaal opgemaakt en naar het Openbaar Ministerie gestuurd. Drie lange maanden volgden. Haar gedachten sloegen op hol. Ze had gehoord over boetes van €100 per dag, per kind. Twee weken, drie kinderen… €3000. Hoe moest ze dat ooit betalen? De geldzorgen die ze al had, lagen nog zwaarder op haar schouders.
Toen, na drie maanden, viel de uitspraak van de rechter op de mat. Een vrijspraak. Een immense opluchting. Maar ook ongeloof. Het hele proces had haar het gevoel gegeven geen enkele invloed te hebben. Zij had niet besloten de kinderen langer weg te houden. Toch belandde ze in een molen van melding, verhoor en angst.
Toen mijn vriendin haar verhaal had verteld, wist ik eigenlijk al hoe het was gelopen. Als directeur had ik jarenlang ervaren dat je binnen het systeem vaak meer ruimte kon creëren dan op papier lijkt. Totdat die ruimte wordt dichtgeregeld. En ineens bleek hoeveel schijnruimte er was. Dat bracht mij terug naar een moment waarop ik zelf aan die grens kwam.
Toen de ruimte verdween
Voorjaar van 2022, net na de hoogtijdagen van de Corona tijd. De wereld op zijn kop. De leerplicht in onze regio had een dringend schrijven rondgestuurd. Ze gingen extra streng optreden bij verlofaanvragen voor familiebezoek in het buitenland tijdens de aanstaande voorjaarsvakantie. De oproep was helder. Géén toestemming geven.
Toen, midden in die vakantie, kreeg ik een mail van een moeder. Het gezin was al vertrokken naar familie in het buitenland. Ze vroeg met terugwerkende kracht bijzonder vakantieverlof aan. Ik voelde meteen een tweestrijd. Mijn hart vond het niet meer dan begrijpelijk. Jarenlang was contact moeilijk geweest, nu konden ze eindelijk elkaar weer zien en in de armen sluiten. Mijn hoofd, en de brief op mijn bureau, zeiden iets anders. Waar ik voorheen ruimte voelde en zocht, waren de kaders nu tot nul gereduceerd. Er lag een expliciete instructie.
Ik stuurde een mail terug. Ik kon dit verlof niet verlenen, de bevoegdheid lag nu bij de leerplicht. Ik meldde de zaak. Toen de kinderen terug waren, werd het een officiële melding.
Later kwam de moeder bij me langs. Haar woede en teleurstelling waren voelbaar. Ik begreep het. In die coronajaren lag alles onder een vergrootglas. Het gemis van verbinding was een collectieve pijn. Het gesprek gaf haar ruimte, maar nam haar gevoelens niet weg. Mijn handelen, hoe ‘volgens het boekje’ ook, had haar geraakt.
Ikzelf voelde me ergens tussen gezet waar ik niet tussen wilde zitten. Namelijk de zeer gekaderde uitspraak van de leerplicht dat ik voor dit soort aanvragen expliciet geen verlof mocht verlenen en het verzoek van moeder nadat ze het besluit al had genomen. Dat maakte dat ik de strenge kaders van de leerplicht niet kon delen voordat ze het besluit had genomen.
Ik sprak er later over met een aantal mensen in mijn team. Uiteraard gaven zij ook aan dat ik weinig keuze had in deze, en voelden ze ook de sympathie voor het gezin om weer bij dierbare familie te zijn. Tegelijkertijd vroegen zij zich af waarom de leerplicht juist nu, in een tijd waarin verbinding weer mogelijk was, zo hard optrad.
Waarom ruimte soms geen ruimte is
Zowel het verhaal van de buurvrouw als mijn eigen ervaring lieten mij niet los. Ze gaan over het systeem dat we hebben ingericht. En vooral over de rol die wij, schoolleiders, daarin krijgen toebedeeld. Op papier lijken wij regie te hebben. Wij staan immers naast het kind en de ouders.
Maar kijk je beter, dan zie je de haken en ogen. Het systeem is strakker geworden. Leerplicht heeft inzicht in verzuim via gekoppelde systemen. Het is wachten op het algoritme dat afwijkingen er automatisch uithaalt. Dan vervliegt de laatste speelruimte. Wellicht is dat al zo. Ik denk dat het al kan. Het betekent dat je ouders goed informeert over de mogelijkheden van school inzake verzuim. Dat betekent vrijwel altijd een gesprek met ouders voordat de ouders het besluit nemen en de ouder kan dan goed overwegen of ze hun kind willen laten verzuimen. Oftewel gaan en het risico op een boete voor lief nemen of niet gaan. Dat was hoe ik het ook eigenlijk deed en in deze kwestie was mij dat gesprek ontnomen.
Nu ik deze ervaring deel met het papier merk ik pas wat het mij deed. De ruimte werd steeds kleiner. Ik kon steeds minder het gesprek voeren over wat in deze situatie het beste was voor dit kind, dit gezin. Ik was vooral bezig ouders goed te informeren over wat wel en niet mocht, en over de gevolgen als ze tóch zouden gaan. En dat gesprek is iets heel anders. Dan voer je regie op regels, niet op pedagogiek.
De prijs van schijnruimte
In het geval van de buurvrouw had ik precies hetzelfde gedaan als de directeur van die school. Je moet melden. Bijzonder vakantieverlof in de eerste twee schoolweken is niet toegestaan. Ontdekt de leerplicht dat je het als school wel hebt toegestaan, dan volgt ook voor de school een boete.
Die financiële prikkel is voor mij, en voor velen, een harde grens. Een grens die haaks staat op waar wij pedagogisch voor staan. In principe mag “financiën” geen grens zijn. Toch vond ik destijds dat de school zich niet kon veroorloven financieel risico te lopen. Misschien ontbrak mij de moed om juist hier tegen de strakke kaders van de leerplicht in te gaan? Had het me meer gebracht als ik het wel had gedaan? De pedagogische missie is natuurlijk wel het welzijn van kinderen en voor deze kinderen deed het ertoe. Ik vind dat lastig. Wellicht had ik het nu anders gedaan? Ik weet het niet.
Van handhaver naar opvoedpartner
In al mijn jaren als directeur heb ik binnen de wet naar speelruimte gezocht. Altijd met één vraag in mijn achterhoofd wat is hier, in deze unieke situatie, goed voor dit kind en dit gezin? Die vraag leidde soms tot creatieve formuleringen in een bijzonder verlofaanvraag, omdat ik wist wat er minimaal op moest staan. Maar eerlijk? Ik voelde me nooit senang in dat spel. Het voelde nooit als onderwijs. Het voelde als handhaving.
De recente oproep op social media om ‘leerplicht’ te vervangen door ‘leerrecht’ steun ik. Dat verschil in woordkeuze verschuift de verantwoordelijkheid. Het legt hem bij ons allemaal, zowel school, ouders en kind. Het startpunt van het gesprek wordt dan niet de kaders van de wet. Maar wat heeft dit kind nu nodig om te kunnen leren, en hoe kunnen wij dat samen mogelijk maken? Dat is een fundamenteel ander gesprek. Een moreler gesprek.
De Directeurskamer
En daar kom ik bij waarom ik dit hier, in De Directeurskamer, deel. Dit is niet mijn plek voor kant-en-klare antwoorden of gelikte adviezen. Die heb ik niet. Wel heb ik dit verhaal, en de ongemakkelijke vragen die het oproept.
Geef ik de buurvrouw vrij? Doe ik dat nu, achteraf? Had ik in die coronazaak anders kunnen handelen, moediger kunnen zijn? Waar leggen wij, als schoolleiders, de grens tussen onze rol als onderwijskundig leider en uitvoerder van landelijk beleid? Durven wij die morele afweging zichtbaar te maken, ook naar onze teams en besturen toe?
Deze kamer is een plek voor zulke vragen. Voor twijfel. Voor reflectie op de bril waardoor wij kijken. Mijn bril werd gevormd door die ervaringen, door angst voor een boete, door loyaliteit aan een team dat ook duidelijkheid nodig heeft. Maar kneedt dat systeem niet soms ook ons morele kompas, zonder dat we het merken?
De verhalen over bijzonder verlof zijn hiervan een sprekend voorbeeld. Maar de kernvraag is breder. Gaat het om de plicht om aanwezig te zijn, of om het recht van ieder kind op onderwijs dat bij hem past, op de momenten dat het kan? Die ruimte willen we houden.
Ik nodig je uit om dit verhaal niet als oordeel te lezen, maar als spiegel. Welk verhaal schiet bij jou naar boven? Wanneer voelde jij je klem zitten tussen protocol en pedagogiek? Deel het, hier of in je eigen team. Alleen door deze dilemma’s bespreekbaar te maken, door onze menselijkheid niet weg te organiseren maar centraal te stellen, blijven we groeien. Niet als managers van verzuim, maar als leiders van leren. Uiteindelijk draait alles om het verschil te kunnen maken, voor ieder kind.
Wil je dat ik één casus met je meeloop? Mail me, omschrijf kort je knelpunt, dan denk ik met je mee.
Krijg nieuwe blogs direct in je inbox – kort, praktisch en herkenbaar
